Door de speakers knalt het zesde album van de Zweedse band Naglfar, dat tegenwoordig als trio opereert waar het gaat om creatieve input. Het openingsnummer en tevens de titeltrack Téras zet je nog even op het verkeerde been, met een langzaam tempo en vrij uitgesponnen gitaarmelodieën om tot een duister sfeervol geheel te komen. Maar dit is slechts van korte duur: in “Pale Horse” gaat sessiedrummer Dirk Verbeuren (de Belg die eerder met Soilwork en Scarve opnam) vanaf het allereerste begin helemaal los op z’n kit. Hij komt ook tijdens de rest van het album flink op stoom met geregeld in een minuut meer slagen op z’n drums dan in sommige genres op een heel album staan. Zanger Kristoffer Olivius is intussen nog verbazingwekkend verstaanbaar voor een blackmetal-vocalist (niet dat het van een niveau is dat je makkelijk meezingt, maar er zijn behoorlijk veel woorden te onderscheiden en dat is ook wel eens anders). De teksten zelf verbazen echter niet: misantropie, sterfelijkheid, de dood zelf, en wat daarna komt; geen vrolijke boel. Het is welhaast een logisch uitvloeisel van de muziekkeuze van Naglfar: black metal die redelijk doorspekt is met deathmetal-invloeden, blastbeats en spookachtige melodieën. Het album zit strak in elkaar, klinkt verzorgd en duurt met 44 minuten ook niet te lang, maar uiteindelijk blijft het wel een extreme vorm van muziek die zodoende niet voor iedereen is weggelegd. Maar fans van de band hebben hier, vijf jaar na Harvest, een prima toevoeging van de discografie mee in (digitale) handen.
mij=Century Media
4 reacties