Verrassend hoogtepunt op Primavera Sound
Primavera Sound heeft inmiddels een reputatie op het gebied van reünieconcerten. Veel cultbands uit de jaren tachtig kwamen er – soms zelfs op verzoek van de organisatie – weer bij elkaar. De conclusie is meestal dat oude helden het op gevorderde leeftijd nog steeds kunnen. Zeker als de nadruk ligt op oud werk uit de succesjaren dat soms al jaren niet meer op een podium vertolkt is.
Soms komt zo’n oude band ook nog met een nieuwe plaat. Het devies is in dat geval: wees op uw hoede. Of verwacht er niet te veel van om teleurstellingen te voorkomen. Met die instelling liep ik dus ook het Auditorium naast het festivalterrein in om op de derde en laatste festivaldag Dexys – de Midnight Runners zijn inmiddels uit de naam gevallen – te aanschouwen. Want die nieuwe plaat van vorig jaar klonk weliswaar niet slecht, echt beklijven deed hij ook niet. En bovendien: wat gebeurt er als een band met violen, trompetten, toeters en bellen zijn scherpte verliest? Juist, dan wordt het al snel muziek voor bruiloften en partijen.
mij=Door: Lucas
De angst voor een teleurstelling bleek volkomen onterecht. De band kwam op in het donker, met hetzelfde pianoloopje dat de nieuwe plaat One Day I’m Going to Soar opende. Met een paar flinke klappen nam de band het open, gingen de lichten aan en werd het feest. Met een integrale vertolking van het (toch pas) vierde album speelde de band uit Birmingham de zaal plat. De stem van frontman Kevin Rowland is nog even lenig als in de hoogtijdagen. Hij schrok niet terug voor grote gebaren: met al dat theater tijdens de nummers leek het af en toe wel een musical. De passie van Rowland gaf de toch een tikje matte studioplaat net het zetje in de juiste richting. En dan blijkt het verschil met de sound op de weergaloze eerste plaat van de band, Searching for the Young Soul Rebels, uiteindelijk maar klein.
In het wat mindere middenstuk dreigde het nog even iets te cheesy te worden. Maar toen Rowland was aangeland bij zijn onvermogen om met vrouwen om te gaan, kon het niet meer stuk. Op het moment dat hij bezingt dat zij hem niet ziet staan, flirt zij met alle andere bandleden. Als ze elkaar toch vinden, gaat hij gewoon vol op de mond. Als hij om haar ruziet, wordt het gevecht op het podium beslecht. Het laatste kwartier was om je vingers bij af te likken. Van het prachtig melodieuze prijsnummer “Free” naar het ingetogen “It’s OK John Joe”, weer gevolgd door een spetterende reprise van “Free” waarbij steeds meer mensen uit de comfortabele Auditoriumstoelen opstonden. Als toetje bracht de band nog een half uur oude knallers. Daarbij was de hit “Geno” een leuke meezinger, maar zorgde het twaalf minuten durende cultnummer “This Is What She’s Like” voor een euforie waarbij inmiddels écht helemaal niemand meer op zijn stoel bleef zitten. En “Come on Eileen”? Kevin Rowland kent zijn publiek: die hit kan hij op Primavera Sound gerust skippen.
Ben nu wel heel benieuwd geworden naar hun optreden binnenkort ook op Parkpop, want daar staan ze ook!