Grunge was – weet u nog wel – ooit al eens hip, maar na de dood van Cobain was het wat mij betreft van al haar charmes ontdaan. Vedder is er echter nog steeds met zijn niet te versmaden Pearl Jam, en ook een band als Mudhoney gaat gewoon door. Mudhoney brak nooit echt door bij het grote publiek, maar was toch maar mooi een van de grondleggers van de grunge. Wie zou trouwens rouwen om het uitblijven van de doorbraak als je weet dat Cobain ook nooit het geluk heeft gevonden? Maar goed…. Ik begrijp het wel: Mudhoney is net niet catchy genoeg en de zang van Mark Arm ligt toch net wat minder prettig in het oor om een megapubliek aan zich te binden. Met Vanishing Point leveren ze hun negende album af, hun eerste sinds 2008. Ook hier is het geen gesneden koek, maar het piept, knarst en wah-waht dat het een lieve lust heeft. Het is niet langer pure grunge, maar de mix met de garagerock lijkt een logische. Arm gaat met zijn stem soms op het randje, maar de rest van het kwartet houdt hem overeind. Waar Iggy Pop dit jaar faalde met de Stoogesrelease, maakt Mudhoney het helemaal goed. Vanishing Point is een sterke plaat waar naast rauwe kanten ook liefelijk wordt gedaan in een liedje als “Like It Small” – luister naar de koortjes. Opener “Slipping Away” begint overigens met een drum/bassolo-alert, maar het komt helemaal goed. Grappig is de verwijzing in “I don’t remember you” naar “Fire” van good old Jimi Hendrix, maar het gaat vooral om de energie. Die is er zeker aanwezig op het afsluitende “Douchebags on Parade”, mijn favoriet op dit album. Hierna begin ik gewoon weer opnieuw of moest toch maar eens teruggrijpen naar ander grungemateriaal. Ben weer even into Seattle.
mij=Sub Pop
4 reacties