Meer dan vijfendertig jaar en een kleine honderd bandleden (waaronder een paar echtgenotes) verder is dit het meest recente album van Mark E. Smith geesteskind The Fall. De favoriete band van wijlen John Peel, Britser dan Brits, eigenwijs en eigenzinnig, is altijd maar doorgegaan op hetzelfde pad. Hypnotiserende drums, rockabilly- en surfgitaren en de onnavolgbare Smith vormen de vaste ingrediënten van The Fall. Mark E. Smiths voordracht (of zang, zo u wilt) is karakteristiek en intrigerend. De vele incidenten uit het verleden (waarin Smith weleens op de vuist ging met zijn musici) en soms ronduit waardeloze concerten doen de legendarische status van The Fall alleen maar goed. Is dan zo’n nieuw album, de dertigste, als Re-Mit dan nog enigszins interessant? Ja, dat is lastig te zeggen. Voor mij valt de muzikaal sterkste periode van The Fall toch in de periode vanaf midden jaren tachtig tot en met het begin van de jaren negentig. In die periode wist het ongeleide projectiel Smith zich omringd met musici als bassist Stephen Hanley en (toen nog) echtgenote Brix Smith die de rafelige dreunende postpunk met een popsausje overgoten. Goed, ook in latere jaren waren er genoeg sterke nummers maar lang niet alles had meer de impact van voorheen. Dat wisselvallige karakter is ook weer hoorbaar op Re-Mit. Het begint allemaal lekker met pakkende garagerock in het instrumentale opwarmertje “No Regrets (intro)”. Op song nummer twee “Sir William Wray” is he Fall bijzonder lekker op dreef in een rockend eerbetoon aan een andere rock ‘n roll legende (Link Wray dus) dat heerlijk de speakers uit spettert. “Hittite Man” heeft zelfs een uitermate commerciële gitaarriff maar de steeds chaotischer en onverstaanbare voordracht van Smith maken ook dit album niet makkelijk te verteren voor diegenen die The Fall niet allamg kennen. Naarmate het album vordert blijkt de huidige Fall-bezetting toch teveel in herhalingen te vallen. Helaas, aanzetten tot goede nummers blijven hangen in halve riffjes of geneuzel met (waarschijnlijk zeer goedkope) elektronica. De waanzin wordt het best gevangen in “Kinder of Spine” waar als liefhebbende luisteraar maar moeilijk doorheen te komen is. Al met al zeker een aardig album hoor, maar geen hoogtepunt in het oeuvre van The Fall. Wellicht zou een buitenstaander, een goede producer bijvoorbeeld, ervoor kunnen zorgen dat de band weer op topniveau gaat opereren maar ik vermoed dat Mark E. Smith daar niet echt voor open staat. En dat is voor de liefhebber van deze overlevers een gemiste kans.
mij=Cherry Red
4 reacties