Monsters Of Mariaheide 2014

Elk jaar wordt er in the middle of nowhere van Oost-Brabant door een
groep rockliefhebbers een fruithal omgetoverd tot een heus festivalterrein met drie podia. Dat kost een hoop tijd en energie, maar: ‘Dan hedde ok wa!’ hoor ik ze daar zeggen. En terecht, want het was weer goed toeven in de Monsterhallen. Niet alleen vanwege de vloerverwarming, maar ook door het gevariëerde programma met bands als The Deaf, Hawk Eyes, Mr. Irish Bastard, Psycho 44 en Tim Vantol. En natuurlijk persoonlijke favoriet Raketkanon. Het blijft natuurlijk wel een heftig rock-feestje.


mij=Door: TheLeonKing
Het merendeel van de bezoekers moest de Monsterhallen nog vinden toen ik om een uur of 15 bij de mannen van On-Fire stond te kijken. De old-school hardcore van deze Oost-Brabantse band was goed te genieten. Om met twee brulboeien voor de dag te komen is op zich een puik plan, maar qua stemgeluid onderscheidden zij zich niet van elkaar. Dat kwam tenminste niet uit de verf. Verder een goeie, degelijke set. Op het kleinste podium ‘Zeeziek’ stonden de meest bijzondere acts. Zoals bijvoorbeeld The Tonomats. Dat klonk als The Shadows en ze zagen eruit als nazaten van Jules Deelder. Voor een aantal liedjes erg vermakelijk. Ook leuk om de Boekelse legende Vander eens te zien. Zeer dapper om “Heroes” van David Bowie te coveren, maar dat was toch een beetje te hoog gegrepen. Die Bee Gees-cover daarentegen: briljant.
Het Belgische Psycho 44 moest duidelijk wennen. Je zag ze denken: “waar in hemelsnaam zijn we nu weer beland?” Ze speelden dan ook een behouden set. Het was goed, ik was zeker meer onder de indruk dan vorig jaar op Pukkelpop, maar echt knallen deden ze niet op het podium. Ze bedankten het lauwe publiek dan ook plichtmatig met de overbodige woorden: ‘U was een geweldig publiek’. Het zij ze vergeven, ondertussen was ik wel nieuwsgierig geworden naar hun album. Even was ik naar Black Pearl wezen kijken, een Pearl Jam-coverband uit de regio. Daar was ik niet van onder de indruk. Wel te gek dat ze “State of Love And Trust” speelden, maar je verwacht van zo’n tribute-band dat de zanger op z’n minst klinkt als d’n Eddie. En zich een beetje hetzelfde over het podium beweegt als de beste man. Ik ben gewoon niet zo van de coverbands.
Tim Vantol stond eigenlijk als solo-act geprogrammeerd, maar kwam uit eigen beweging met een hele band. Daar stond hij dan, met drummer, bassist en extra gitarist. En het was verrassend goed, beter dan ik verwacht had eigenlijk. Natuurlijk: punktroubadour Frank Turner was nooit ver weg, evenals de vette knipoog naar Mumford & Sons, maar ondanks het gebrek aan originaliteit was het toch effe geweldig goed wat Tim en consorten daar deden. Lekkere akoestische folkpunk, met hoog feel-good gehalte. Bravo!
En dan was het tijd voor het Gentse collectief Raketkanon. Nou was ik al bekend met ze en verheugde me enorm op hun spervuur van beukend gitaargeweld, maar voor menig MOMFEST-bezoeker was dit toch een gevalletje ‘wa-moet-ik-hier-mee?’. Ik bespeurde al snel een stukje onbegrip tussen band en het merendeel van het publiek. Zo jammer. Ik ben ik ieder geval fan van deze post-Evil Superstars-gekte. Brilljante band. En “Herman” is echt een goeie songtitel voor een Vlaamse band. Voor de betere recht-toe-recht-aan poprock waren The Pheremones van stal gehaald. Deze reïncarnatie van Nuff Said deed het best aardig wat ik zo aan de reacties van anderen kon merken, maar bij mij kwam het niet echt binnen. Dat gold ook een beetje voor de Britse rockers van Hawk Eyes. Degelijk, maar niet zo goed als vorig jaar op Pukkelpop.
Zei ik dat ik niet zo van de tributebands ben? Nou, er zijn een paar uitzonderingen. Zoals The Perfect Tool. Maar sinds afgelopen zaterdag ook Physical Graffiti. Oké, die ex-Sleeze Beez zanger Andrew Elt is een bijzonder dubieus haantje, maar hij zet me daar toch een akelig goeie Robert Plant neer! Heel, heel goed. De rest van de band loog er ook niet om, dit was een hele fijn eerbetoon aan Led Zeppelin. Het was heerlijk genieten van krakers als “Communication Breakdown”, “Dazed And Confused”, “Heartbreaker” (dat lied kan ik niet meer los van Beavis And Butthead horen, mijn afwijking sorry!), “Immigration Song” en “Whole Lotta Love”. Zelfs “Stairway to Heaven” werd gespeeld, dat wat over the top was. Het was me nooit echt tot me doorgedrongen, maar wat is “Kashmir” toch eigenlijk een enorm sexy nummer zeg.
Bij de Boodschappers van het Algemene Nut heerste een hoog Mambo Kurt-gehalte, maar dat drukte zeker niet de pret voor de aanwezigen. Grappig. Van The Deaf verwachtte ik niet veel, maar ondertussen speelden ze toch effe de aardbeienplantjes van het dak. Ook die Spike is een typisch mannetje, maar hij kwam er andermaal mee weg. Strakke band en lekker garagerock-repertoire. Ook de paar nieuwe nummers klonken op het eerste gehoor helemaal niet verkeerd.
Tijdens de Popronde van afgelopen jaar was ik nog niet zo onder de indruk van The City Hollers, maar na mezelf even tijd te gunnen om aan stem van Ruben Seyferth te wennen werd ik me daar toch even beloond met een heel fijn stukkie garageblues van deze tweemans-formatie. Echt, die gasten hadden een paar liedjes waar The Black Keys een moord voor zouden doen. Dit was erg goed. Terecht dat ze nog even terug kwamen voor een toegift. En ook die geïmproviseerde jam smaakte naar meer. Die twee gasten leken het ook erg naar hun zin te hebben. Wat blijkt: de band stopt! Het optreden op Monsters bleek hun voorlaatste te zijn. Da’s zonde zeg!
Nee, de U2-tributeband Crystal Dream was totaal niet aan mij besteed. En hoewel het waarschijnlijk heel gezellig was heb ik ook de hardrockkaraoke aan me voorbij laten gaan. Monsters, tot volgend jaar.

4 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven