‘Het is een van de beste americana-albums die ik sinds tijden gehoord heb’, zo besloot ik vorig jaar mijn recensie over Tennessee & Other Stories, het eerste solo-album van de Amerikaan Hans Chew. Zo’n debuutalbum schept verwachtingen en die had ik dus ook toen ik begon aan Chews tweede plaat, Life & Love. Ik had verwacht, en ook stiekem wel gehoopt, dat Hans Chew verder zou gaan op de ingeslagen weg. Al snel werd duidelijk dat Chew op zijn tweede album een andere afslag heeft genomen op de ‘americana-road’. De nadruk ligt niet meer op de countryrock maar op de (blues)rock zelf. Rock zoals Dr. John en bands als Lynyrd Skynyrd die in de jaren zeventig maakten. De nummers klinken alsof ze ontstaan zijn uit één lange jamsessie. Dat betekent veel gitaarsolo’s maar ook een prominente rol voor Chews piano. Gelukkig maar, zijn swingende boogiewoogiespel geeft tenminste nog enige sjeu aan de eindeloos durende jam, want dat is Life & Love eigenlijk. Daar moet je van houden. Ik moet eerlijk zeggen dat het mij na drie nummers al mateloos verveelt. Tracks als “Love” en “Goodnight” springen er voor mij uit door een duidelijke opbouw en melodie, maar de rest kan me eigenlijk totaal niet boeien. Life & Love is geen slechte plaat, liefhebbers die smullen van lang uitgesponnen jams met veel solo’s zullen het niet met me eens zijn en komen ruimschoots aan hun trekken. Ik hoor zelf toch liever een goed, melodieus liedje met kop en staart.
mij=At The Helm
4 reacties