Als ik aan de Canadese band Metz denk heb ik altijd dit beeld van gitarist/zanger Alex Edkins op mijn netvlies. Je bent geneigd te denken dat het een keurige wiskundeleraar is met z’n nette brilletje en z’n korte haar, maar op het podium is het toch echt een flink zwetende opgefokte kerel. Bij een optreden begin 2013 zei hij nog verontschuldigend over het korte optreden: ‘We only got one record. I’m sorry. We’re lazy too, so that doesn’t help.’ Nu is daar dan toch II met nog meer nummers waarop ze zich het snot voor de ogen spelen. De werkwijze is hier niet echt anders, dus is het nog steeds knetterende hardcore punk of noiserock, maar het bloeit en vloeit net iets meer dan op het debuut. De productie is wat directer en scherper geworden en het trio lijkt nog strakker te spelen. Blijkbaar kon er nog een schepje bovenop. “Acetate” is gelijk een van de hoogtepunten van het album met een fijn fuzzende bas, dreigend ritme en uitdagend gitaarwerk . “Eyes Peeled” is een goed voorbeeld van hoe ongenadig strak de ritmesectie kan zijn, terwijl het ook een heerlijk maniakale gitaarsolo bevat. Ander hoogtepunt vind ik het wilde “Nervous System”, dat de beste dynamiek van het album toont door de strak getimede breaks. Ook een uitstekend nummer om je botten bij te breken in de pit. En zo staat het album sowieso vol testosteron-punk. Lekker. Toch geloof ik ook dat ik niet echt zit te wachten op veel langere live-optredens. Op een gegeven moment loop je het risico knock-out te gaan door de eenvormige herrie, en dan heb je wat lucht nodig. In die zin is de zang en melodie ook wel erg verstopt onder een dikke laag noise, en daarmee verhult de vorm soms het mindere liedje (“Wait In Line”, “Landfill”). De band zoekt dan ook niet de subtiliteit of de songkracht van Meatbodies, Thee Oh Sees of zelfs The Dillinger Escape Plan, maar toch. Als je graag snel murw wordt gebeukt met een precisiebombardement aan compromisloze noise en opgefokte riffs, neem een dosis Metz.
mij=Sub Pop