Gedurende de eerste dertig jaar van hun bestaan was Bill Wyman de bassist van The Rolling Stones. Een periode waarop hij ongetwijfeld met gemengde gevoelens op terugkijkt. Hoewel hij, naar eigen zeggen in zijn boek Stone Alone, met voorsprong de meeste meisjes on the road versierde en er waarschijnlijk een leuke spaarcent aan heeft overgehouden, was het creatief gezien voor Bill een tegenvaller. Het moeten opereren in de schaduw van Mick Jagger en Keith Richards, die slechts een tweetal Wyman-songs op Stones-platen toelieten (“Downtown Suzie” en het prachtige flower power-werkje “In Another Land”), zorgde ervoor dat kompaan Brian Jones letterlijk ten onder ging en dat Wyman keurig, haast stoïcijns, zijn baspartijen bleef spelen maar als eerste van het bandje ook soloplaten ging uitbrengen. Dat leverde begin jaren tachtig hem zelfs een novelty-hit op met het zonnige “(Si Si) Je Suis un Rockstar”. Vooral het feit dat hem geen credits werden gegeven voor bijvoorbeeld het meecomponeren van een klassieker als “Jumping Jack Flash” of het prachtige “Melody” heeft hem altijd gestoken. De tandem die hij vormde met drummer Charlie Watts is natuurlijk nog altijd één van de beste uit de rockgeschiedenis, duik die oude Stonesplaten nog maar eens op of kijk hier maar eens. Al een kleine kwart eeuw is hij gestopt bij de Stones en toert hij rond met zijn Rhythm Kings, een groep rockveteranen in wisselende samenstelling die klassieke covers spelen zonder pretenties. En nu, bijna 78 jaar oud, vond Bill het wel weer tijd een soloplaat te maken. En dat doet hij zeker niet verkeerd. De prettige popsongs met sterke bluesinvloeden (de pianopartijen) en lekkere rock-licks in de gitaarpartijen (openingstrack “What & How & If & When & Why” bijvoorbeeld) zijn prettig en makkelijk verteerbaar. Wyman en zijn medemusici, waaronder Guy Fletcher (bekend van Mark Knopfler) en Robbie McIntosh (Paul McCartney, The Pretenders), zijn doorgewinterde professionals die relaxed en zelfverzekerd het aardige maar soms flinterdunne songmateriaal presenteren. Nummers als “Seventeen” en “I’ll Pull You Through” horen tot de betere songs op Back to Basics. Helaas heeft het album één groot probleem. Het is jammer te concluderen maar onvermijdelijk te vermelden: Bill Wyman heeft, waarschijnlijk door zijn leeftijd, anno 2015 geen stem meer. Hoewel de lekker Britse, inderdaad basic gehouden, fluisterzang bij vlagen nog wel charmant is, is het voor mij een heel album lang niet vol te houden.
mij=Proper