Vooroordelen zouden eigenlijk geen invloed op je muziekbeleving moeten hebben. Ik bemerk bij de mannelijke muziekliefhebber – en dan vooral van het type ‘als er geen gitaar in zit, lust ik het niet’ – helaas maar al te vaak een instant scepsis jegens de vrouwelijke muzikant. Soms lijkt het alsof ze hooguit een basgitaar mag vasthouden en wat koortjes zingen. Helemaal verdacht is het als de dame in kwestie in de ogen van deze mannen in de categorie ‘blonde stoeipoes’ valt. Dat kan muzikaal gezien gewoon niks bijzonders zijn. Die houding zal een reden moeten zijn geweest waarom ik me niet kon vinden in het gegniffel en bijbehorende denigrerende opmerkingen tijdens het optreden van Tove Styrke op Eurosonic in 2012. De voormalige Idols-kandidate had in mijn ogen net een hele leuke debuutplaat met lekkere poppy electro uitgebracht. Toegegeven, heel wereldschokkend was het niet, maar een single als “Call My Name” toonde al aan dat deze dame in de toekomst tot veel meer moois in staat kon zijn. Robyn debuteerde immers ook ooit met “Show Me Love”. Ik was dan ook erg aangenaam verrast toen ik de eerste nieuwe nummers van Tove Styrke Mark II hoorde. Tove blijkt namelijk ook die vooroordelen meer dan beu te zijn geweest en trok zich terug in de studio om zich te storten op haar revanche. Eerste teken van leven was “Even If I’m Loud It Doesn’t Mean I’m Talking To You” (fijne titel!) waarin ze als een soort intelligente variant van Icona Pop meteen van leer trekt tegen bovengenoemde rockisten. Dat ze de aandacht van haar uiterlijk af probeert te leiden door weinig flatteuze tuinbroeken aan te trekken, had voor mij niet gehoeven, maar het helpt wel de feministische boodschap van de scherpe, spitsvondige teksten op haar ijzersterke album Kiddo te onderstrepen. Knappe dame, of jongen, die haar dit jaar van een ereplaats in mijn jaarlijst weet te stoten…
mij=Sony Sweden